Uit de energiecrisis volgt de competitiviteitscrisis. Een aantal zaken in dit land zullen fundamenteel anders moeten worden aangepakt om hier uit te geraken
Opinie van 07/10/2022 door Fa QuixVandaag woedt de energiecrisis. Deze stort de economie van de eurozone tijdens minstens de volgende twee kwartalen in een recessie. Niemand durft te voorspellen hoe diep die recessie in onze economie en industrie zal snijden. Maar de gevolgen zullen niet min zijn. Uit een enquête van Fedustria bij de lidbedrijven eind augustus had toen al één op zes bedrijven de productie eens moeten stilleggen wegens te duur aan energie om nog rendabel te produceren. En nog eens één op drie verwacht de productie nog vóór het einde van het jaar om dezelfde reden te moeten onderbreken.
De regeringen moeten onze industrie dringend een realistisch toekomstperspectief bieden.
Een aantal grote bedrijven uit onze sectoren, en andere, hebben dit ook al duidelijk in de pers gemeld. Bewindslui in de diverse regeringen die ons land rijk is kunnen nu niet meer zeggen dat er ‘geen probleem’ meer is zoals ze tot een goeie maand geleden nog halsstarrig volhielden.
Maar een ongeluk komt niet alleen. In het zog van de exploderende energieprijzen sloeg ook de inflatie op hol. En in België leidt dit automatisch tot hogere lonen, wegens het automatisch loonindexeringsmechanisme. In 2022 en 2023 samen betekent dit een loonkostenstijging van niet minder dan 18 %. Het is geleden van de vorige grote energiecrisis – de olieschok van de jaren zeventig – dat we zo’n cijfers hebben gezien. En wie zijn geschiedenis kent, weet welke ravage die oliecrisis destijds heeft aangericht.
Dat scenario moeten we met alle middelen vermijden. De energiecrisis woedt nu inderdaad in volle hevigheid maar zal wel opgelost geraken, mogelijk zelfs al volgende lente. Maar de loonkosten zullen niet meer dalen. Elk hoger loonniveau wordt als het ware ‘vastgeklikt’. Loondalingen hebben we immers nog nooit meegemaakt. Maar er kunnen wel ingrijpende corrigerende maatregelen worden genomen, zoals een aanpassing van het loonindexeringsmechanisme of een nieuwe vermindering van de patronale sociale lasten (‘taxshift’), zodat ons concurrentievermogen gevrijwaard wordt.
Beseffen onze bewindslui wel voldoende wat er nu op korte termijn allemaal op het spel staat? De regeringen moeten onze industrie dringend een realistisch toekomstperspectief bieden. Een aantal zaken in dit land zullen fundamenteel anders moeten worden aangepakt. Want niet alleen dreigen jobs verloren te gaan, maar ook ons welvaartsniveau en onze innovatie. Wanneer het industriële weefsel verder ontrafelt, volgen immers welvaartsverlies en collectieve verarming.
De bewindslui van dit land moeten bijgevolg kost wat kost vermijden dat uit deze energiecrisis een competitiviteitscrisis ontstaat die de neergang alleen maar zou bestendigen. De tijd dringt. Waar wachten zij nog op?
Fa Quix, directeur-generaal